Over ons Veelgestelde vragen Colofon | Adres Loods 6 KNSM-laan 231 1091 LC Amsterdam ![]() | Contact +31 (0)20-6204213 info@monsterkamer.nl |
Verslag Inloop + speciale gast: Roos van der Lint
Arjan Reinders
27/09/2016
Redactioneel
Op 1 September 2016 was kunstredacteur en schrijver Roos van der Lint te gast tijdens de inloop in De Monsterkamer. Hieronder, tussen de foto’s door het verslag.
Fotografie: Justina Nekrašaitė.
“In aanloop naar deze presentatie was ik gevraagd om alvast wat foto’s van mijn werk op te sturen,” zegt Roos van der Lint. “Beetje lastig als je schrijver bent.” Roos is kunstredacteur bij De Groene Amsterdammer en in opdracht van het Mondriaan Fonds schreef ze het essay Het boek in de kunst – Een provocatie van de tijd, dat juni dit jaar in boekvorm verscheen. In de Openbare Bibliotheek in Amsterdam stelde ze een kleine tentoonstelling samen met bijzondere kunstenaarsboeken (nog t/m 30 september te zien) en in de Monsterkamer presenteert ze een stapel uit haar eigen collectie.
Roos’ enthousiasme voor kunstenaarsboeken werd mede aangewakkerd, legt ze uit, door Vanishing Point: How to Disappear in America Without a Trace, in 2006 uitgegeven door Revolver: een gids om te verdwijnen in de Verenigde Staten. Daarin staan tips als: Draag een hoed als je binnen bent. Probeer niet te reizen tijdens feestdagen. En als je een auto onschadelijk wil maken: voeg rijst met een lange korrel toe aan de koelvloeistof. De Duitse kunstenaar Susanne Burner had de tekst, anoniem geüpload, op internet gevonden en gepubliceerd.
Roos: “De tekst gaat over zichtbaarheid versus onzichtbaarheid, het is heel moeilijk om onzichtbaar te zijn in de VS. Het gaat ook over de werkelijkheid en de representatie van de werkelijkheid, iets wat je vaker ziet bij kunstenaarsboeken.” Als voorbeeld noemt ze Contraband (2015) van de Amerikaanse kunstenaar Taryn Simon. Het boek bevat ruim duizend foto’s van alle voorwerpen die sinds november 2009 het land niet uit mochten, van drugs tot een gemberwortel, van hertentong tot koeienurine. “Dit boek is een portret van onze tijd”, aldus Roos, “een Cubaanse sigaar bijvoorbeeld, daar is op zichzelf niet veel mis mee. Maar dat die de VS niet uit mag, zegt toch iets over de huidige situatie. In het in kaart brengen van al deze producten herken je de onderzoekende blik van kunstenaars.”
Roos benadert kunstenaarsboeken als een apart medium in de kunst, “ik zie ze als kunstwerken die niet eindigen als het boek uit is.” In haar essay behandelt ze zowel monografieën als kunstenaarsboeken, al hebben die een tegengesteld karakter. Roos: “Een kunstenaarsboek vertelt iets over de techniek van het publiceren en de ontwikkelingen in de kunst. Als die twee samenkomen, gebeurt er iets.”
Als voorbeeld noemt ze de The Xerox Book (1968) van curator Seth Siegelaub. Hiervoor vroeg hij kunstenaars een kunstwerk van zeven pagina’s te maken, wat uiteindelijk een groepstentoonstelling in boekvorm opleverde. Siegelaub was voornemens het boek te verveelvoudigen door de pagina’s te kopiëren, maar uiteindelijk werd het gedrukt. Roos: “Het was een revolutionair project, dat een enorme vrijheid opleverde voor kunstenaars. De kunstwereld was in die tijd geprofessionaliseerd, kunst big business geworden. Mede dankzij de mogelijkheden van de xerox-kopieermachine konden ze daaraan ontsnappen. Ontwikkeling in de kunst én in de techniek kwamen hier samen.”
Roos noemt het kunstenaarsboek ‘een provocatie van de tijd’: enerzijds wordt al tijden het einde van het papieren boek voorspeld, tegelijkertijd verschijnen er meer kunstenaarsboeken dan ooit. “Wat daarbij opvalt”, vertelt Roos, “is een grote aandacht voor materialiteit en het opzoeken van grenzen: veel kunstenaarsboeken kenmerken zich door een mengvorm van analoge en digitale cultuur.” De Amerikaanse kunstenaar Paul Chan maakte bijvoorbeeld een boek in extended vorm: een e-boek plus een soort prehistorische stenen tablet, met het ISBN-nummer erin gebeiteld. Melanie Bonajo verzamelde voor haar Matrix Botanica (2015) tien jaar lang op internet plaatjes van dieren, wilde dieren in een menselijke omgeving. Die categoriseerde ze in een naar National Geographic-knipogende publicatie onder de noemer ‘non-human persons’. En Rafaël Rozendaal ontwikkelde de Chrome-extensie Abstract Browsing, die je internet verandert in abstracte kunst. Van screenshots daarvan liet hij tapijten weven, die hij exposeerde, en daar is weer een papieren publicatie van gemaakt. “Dat verspringen van die werelden is heel interessant”, zegt Roos.
Opvallend veel kunstenaars die werken met video en andere digitale media richten zich op kunstboeken, vertelt Roos, en opvallend vaak zijn hun boeken voorzien van een gat in de cover, ‘alsof ze het scherm willen doorpikken.’ Roos: “Dat geeft ze een tactiliteit die in hun werk ontbreekt, zie bijvoorbeeld het boek Elephant Child (2016) van de Franse kunstenaar Camille Henrot. Bijzondere vermelding verdient ook de Britse kunstenaar Ed Atkins, die digitale HD-video’s maakt met een hyperrealistische kwaliteit, die groot geprojecteerd worden. Bij zijn tentoonstelling vorig jaar in het Stedelijk verscheen een publicatie waarin hij deze had omgezet in boekvorm. Dit leverde een boek op als een levensgroot, levensecht pop up-scherm, te groot voor deze wereld, want je kan hem nergens kwijt: hij past niet in de boekenkast en hij ontnam me dagenlang het zicht op mijn bureau.”
Bij dit soort publicaties, vertelt Roos, komen vorm en inhoud voort uit de digitale wereld, de regels en mogelijkheden van de computer en het internet worden in boekvorm gegoten. De vraag is of het ook andersom kan. Bestaat er een e-kunstenaarsboek? Op de website www.xym.no kun je kunstenaarspublicaties downloaden in pdf-vorm. Maar tot een bepaalde datum, daarna verloopt de link. De publicaties leiden dus een uitgeprint leven, zijn niet blijvend in de online wereld. Roos: “In een stand op Art Basel lag een iPad op een vel papier. Als je de iPad optilde, zag je op het scherm een artificiële tunnel opdoemen op het papier, waarin van alles gebeurde. E-kunstboeken lopen tegen de grenzen van de eigenschappen van het boek aan. Ik geloof dat als je het idee van het boek loslaat, en opnieuw opbouwt, dat je pas dan wellicht bij een nieuwe vorm uit kan komen.”
Roos: “Het is jammer dat er zo weinig aandacht is voor kunstenaarsboeken. Ze zijn vaak een verlengstuk van het oeuvre van een kunstenaar, brengen je naar onontdekte plekken binnen dit oeuvre. Maar onbekend maakt ook onbemind.”
Het activiteitenprogramma van De Monsterkamer in 2016 wordt ondersteund door Stimuleringsfonds Creatieve Industrie.